Dwarskijkers – de kunst van een iepen mienskip

Blog: Maayke Meijering

Friesland heeft een enerverend jaar achter de rug. Als Culturele Hoofdstad 2018 stond Leeuwarden nationaal en internationaal volop in de belangstelling. Eén van de hekkensluiters van LF2018 is de European Neighbours Week, waarin samen met onze Europese buren wordt gewerkt aan nieuwe, succesvolle initiatieven. Op donderdag 22 november vond daarom het symposium ‘De Kunst van een Iepen Mienskip’ plaats. Wat is eigenlijk het belang van de iepen mienskip? En welke rol kan kunst daarin spelen?

We zijn te gast bij Tryater, in Leeuwarden. Sikko Cleveringa heeft, in opdracht van De Reis, het programma van de middag samengesteld. Moderator van de middag is Anke Coumans (lectoraat Image in Context, Academie Minerva, Groningen). De middag begint met drie keynotes, waarna we ons opsplitsen in zes groepen en ons buigen over verschillende vormen van het ideale community art-project.

‘De Oare’ locatietheater van Buiten de Boot – Voorbeeld Community Art Project

De kracht van kunst en samenwerking
De eerste gast van de dag is Werner Binnenstein-Bachstein (initiatiefnemer culturele/maatschappelijke hotspot Brunnenpassage Wenen, directeur Community Arts Lab van Portico Foundation). Kunst is van levensbelang, betoogt hij. De maatschappij is ziek: de mens mist steeds vaker een diepe connectie met de maatschappij, anderen en zichzelf. Op al die fronten kan kunst als healing place een belangrijke rol spelen bij onze genezing.Kunst is een investering in het ware mens-zijn. Desondanks wordt kunst wereldwijd vaak ernstig ondergefinancierd. Dat komt mede doordat we kunst tot luxe hebben verheven, maar ook door (politieke) angst voor de kracht van kunst en de veranderingen die ermee teweeggebracht kunnen worden.

In een groot onderzoek in 2017 focuste Binnenstein-Bachstein op de state of the art van community art en kwam er zo achter dat er wereldwijd zowel veel grassroots-initiatieven zijn, als ook bewegingen vanuit bestaande instellingen. De kern van het netwerk blijkt in Europa te liggen, andere werelddelen liggen aan de rand en zijn nauwelijks met elkaar verbonden. Het huidige community art-netwerk is ernstig gefragmenteerd en van samenwerking is nauwelijks sprake. Om de community art-praktijk (en de impact ervan) wereldwijd te versterken, moeten we daar iets aan doen.

‘Clubbing’ in het maatschappelijk middenveld
Dr. Bibi Straatman (researcher lectoraat Image in Context, Academie Minerva, Groningen) benadrukt dat het dé grote uitdaging van de eenentwintigste eeuw is om nieuwe vormen van verandering te vinden, zonder het geweld en bloedvergieten van historische revoluties. In het revolutiejaar 1848 bleken verbinding en samenkomsten de voorwaarde voor verandering. Op de grens van illegaliteit, soms in het geheim, werden allerlei clubs gevormd. ‘Clubbing’ is een echte verworvenheid van de negentiende eeuw en een voorwaarde voor een open, democratische samenleving.

Het resultaat van deze samenkomsten is het maatschappelijk middenveld: groepen die noch tot het politieke landschap, noch tot het persoonlijke, dagelijks leven behoren. Dit ‘open veld’ – waar dialoog mogelijk wordt gemaakt over voorwaarden voor (en stappen tot) verandering – is regelmatig het terrein van kunstenaars en de kunsten. De politieke angst voor kunst, die Werner Binnenstein-Bachstein aanstipte, ontstaat als gevolg van de impact van ‘clubbing’. Kleine samenkomsten hebben de potentie om grote maatschappelijke en politieke verandering in gang te zetten.

Gamehall Leeuwarden in de wijk Heechterp Schieringen – Voorbeeld Community Art Project

Overdracht en het rimpeleffect
Royston Maldoom (choreograaf en leider van talloze participatieve dansprojecten over de hele wereld) is zich terdege bewust van zijn invloed en ziet zijn werk altijd als potentiële politieke actie. Maldoom kwam per ongeluk terecht in de wereld van de community art, maar werd al snel ‘verslaafd’ aan de veranderingen die hij zag voltrekken bij de jonge deelnemers aan zijn projecten.

Gaandeweg merkte Maldoom hoe belangrijk de performance is, de overdracht van de boodschap op een publiek. Het is het ‘rimpeleffect’, waarbij één gebeurtenis een grote impact kan hebben, als een steen die in spiegelglad water wordt gegooid. Hij kiest bewust voor grote thema’s, maar wel andere thema’s dan waar zijn pupillen in hun dagelijks leven mee te maken hebben. Langzaam ontdekken ze overeenkomsten met hun eigen leven, leren over de levens van anderen, ontwikkelen een bewustzijn van de wereld en hun plaats daarin. Zijn ervaring is inmiddels dat hoe ‘anders’ we ons ook kunnen voelen, we nog veel meer op elkaar lijken. Die overeenkomsten mogen, net als de verschillen, gevierd worden.

De boom als krachtig symbool voor een geslaagd project
Aan het eind van de middag ontstaat in verschillende werksessies meer inzicht in de voorwaarden voor een geslaagd community art-project. We werken met de analogie van een volgroeide, gezonde boom, die zich staande houdt middenin het virtuele krachtveld van het artistiek-sociale domein. Hoe is die boom zo gegroeid? Waar en door wie werd het zaadje geplant? Gebeurde dat in het sociale of het artistieke domein? Ontstond het idee van onderaf in de maatschappij (grassroots), of van bovenaf in het ‘systeem’ (at the top of the tree)? In zes werksessies denken deelnemers hierover na.

Ik neem deel aan de workshop ‘Grassroots-initiatieven in het dagelijks leven’, die wordt begeleid door Nathalie Beekman (kunstenaar, oprichter Sparklab). Een voorbeeld van een geslaagd community art-project dat van onderaf ontstond en zich daar ook in zijn volledigheid heeft kunnen ontwikkelen, is de Grootste Gehaakte Deken. Financiële steun vanuit overheden of de culturele infrastructuur bleek niet nodig om een wereldwijde beweging in gang te zetten: hakers uit maar liefst 52 landen droegen dekens bij. Esmeralda de Vries, één van de twee initiatiefnemers, vertelt hoe de dekens symbool stonden voor connectie, menselijke warmte en samenwerken. Het is een voorbeeld van hoe de mienskip samen kan komen om iets groots neer te zetten.

Groeien en snoeien
We komen tot de conclusie dat een geslaagd community art-project niet per se van onderaf hoeft te ontstaan, dat het zaadje overal geplant kan worden. Toch zijn er een aantal elementen die nodig zijn om de boom tot volle wasdom te kunnen laten groeien. Een project moet geaard zijn, met de wortels stevig in een gemeenschap. Het heeft lucht nodig: ruimte en vrijheid om in alle uitbundigheid te groeien. Af en toe, en op het juiste moment, mag er ook flink gesnoeid worden om dood hout te verwijderen en daarmee de goede takken de ruimte te geven. Bovenal heeft een project vertrouwen nodig, communicatie, beweging en zelfs wat wrijving. Met die juiste ingrediënten kan een geslaagd project alle kanten op groeien en vele vormen aannemen.

Aan het eind van de middag worden alle ideeën gepresenteerd. De gebruikte symbolen variëren, maar keywords als netwerk, geven en nemen, open staan, ademhalen, uitdaging en kwaliteit worden genoemd. Een groep merkt op dat de kunstenaar en diens artistieke visie leidend zouden moeten zijn. Het bestaande systeem wordt door hen als te beperkend ervaren: liever playing the game, outside of the field. Een andere groep constateert dat politieke visie momenteel vaak belangrijker is dan artistieke visie, dat zou anders moeten. De kunstenaar neemt in community art-projecten wat hen betreft altijd de rol van mediator op zich. Het belang van die rol mag niet onderschat worden.

Community art in de periferie?
Hoeveel mooie voorbeelden van geslaagde community art-projecten tijdens de European Neighbours Week ook zijn langsgekomen, de deelnemers aan het symposium concluderen aan het eind van de dag toch dat community art nog te vaak plaatsvindt in de periferie. Er wordt weinig ruimte voor vrij gemaakt in het centrum, maar initiatiefnemers en makers kunnen die ruimte ook ambiëren, actief opzoeken en claimen. In veel projecten lijkt de kunstenaar onderaan de piramide te staan, als sluitpost van de begroting. Om het beroep kunstenaar niet nog verder uit te hollen, moeten we hen niet langer behandelen als vrijwilligers en hobbyisten. Wanneer we het veld van de community art verder willen versterken, zal ook budget vrijgemaakt moeten worden voor reflectie, professionalisering en lange lijnen.

Tijdens eventuele vervolgbijeenkomsten zou de nadruk wat betreft Nathalie Beekman kunnen liggen op de rol van kunstenaars in het debat: zij hebben de vrijheid en creativiteit om met een dwarse blik nieuwe ruimtes van dialoog te creëren. Tijdens die bijeenkomst worden die nieuwe dialoogruimtes met elkaar gedeeld, ervaren en wordt erop gereflecteerd. Diversiteit in het debat is essentieel: naast kunstenaars en andere makers zouden daar ook andere spelers en stakeholders bij aanwezig moeten zijn.

In het maatschappelijk middenveld is ruimte voor verandering, daar ligt de start van een sociale en culturele revolutie, klein of groot. Er is expliciet een rol voor de kunstenaar (als mediator, andersdenker en dwarskijker) weggelegd om die verandering in gang te zetten. Community art is een bij uitstek democratische kunstvorm, een heel speciale vorm van ‘clubbing’: iedereen kan en mag meedoen. We mogen de rol van overdracht daarbij niet vergeten. Door het rimpeleffect kan de impact van een project zich verder verspreiden dan voor mogelijk werd gehouden. Omdat verbinding een belangrijke voorwaarde is voor ‘clubbing’, en dus voor verandering, moeten we ons inzetten om – nationaal en internationaal – de banden binnen de community art-sector aan te halen, het netwerk te versterken. Samen kunnen we dan met de mooiste community art-projecten de iepen mienskip versterken en vieren.

WereldBurgumer – Voorbeeld Community Art Project